Bron: Noord-Hollands Dagblad https://www.noordhollandsdagblad.nl/cnt/dmf20231004_45073230
Hoe zoek je in een spouwmuur naar vleermuizen? ’Je speurt naar uitwerpselen of een vettige substantie van die beestjes’
Ecologische onderzoeksbureaus hebben het druk. Niet alleen doordat er te weinig ecologen zijn, ook doordat het besluit van de Raad van State over de bescherming van vleermuizen ze extra werk bezorgt.
Ewoud Luiten is ecoloog bij Milieu- en Civieltechnisch adviesbureau Kwinfra in Alkmaar. De uitspraak van het hoogste rechtscollege leidt tot meer aanvragen voor quickscans naar vleermuizen, maar het loopt geen storm. Luiten merkt dat de meeste mensen de zaak eerst afwachten.
Een huiseigenaar weet meestal niet of hij vleermuizen onderdak verschaft. De beestjes komen pas in de schemering tevoorschijn en kunnen net zo goed in de bomen of bij de buurman wonen. Maar als een huiseigenaar zijn spouwmuren wil isoleren, heeft hij de wettelijke plicht een quickscan uit te laten voeren.
Voor een quickscan inspecteert een ecoloog de spouw met het oog en met een endoscoop, voorzien van een lampje. Luiten: ,,Je onderzoekt of de spouw geschikte plekken biedt, in combinatie met een sporenonderzoek naar de uitwerpselen van die dieren. Die kunnen zich in de spouw of in de sleuven in de muur (open stootvoegen tussen bakstenen) bevinden.’’ Als er geen aanwijzingen voor vleermuizen zijn, is de kous af. De controle is maatwerk en de rekening kan uiteenlopen van 800 tot 1500 euro.
Als uit de quickscan blijkt de aanwezigheid van vleermuizen niet kan worden uitgesloten, volgt een uitgebreid onderzoek eventueel gevolgd door een geplande verhuizing van de dieren. Het onderzoek duurt van mei tot oktober en in die periode komen ecologen geregeld een kijkje nemen of de diertjes waarneembaar zijn. Ook de soort wordt bepaald, bijvoorbeeld de gewone of ruige dwergvleermuis.
Als er dieren in de spouw wonen, wordt getracht de vleermuizen te laten verhuizen. De huiseigenaar moet dan ontheffing op de wet natuurbescherming aanvragen, waarbij hij de verblijfplaats in viervoud moet compenseren. Hij moet dus vier vleermuiskasten aan zijn woning of in de directe omgeving ophangen, waar de vleermuizen hun heil kunnen zoeken.
Vleermuizen zijn namelijk niet honkvast, maar hebben meer verblijfplaatsen zoals een zomerverblijf, een winterverblijf of een kraamkamer. Luiten: ,,Gewone dwergvleermuizen hebben een netwerk van verblijfplaatsen in hun omgeving, ze verhuizen regelmatig omdat ze kwetsbaar zijn voor parasieten en verschillende jachtgebieden hebben.’’
Grote vraag blijft altijd of de zoogdiertjes in de gaten hebben dat die vleermuiskasten alternatieve logeerplekken zijn. De nestkasten moeten zorgen dat een populatie geen schade ondervindt van de aantasting van de woonplek. Als de spouw wordt geïsoleerd zonder op die beestjes te letten gaan ze dood. De kosten voor de huiseigenaar bedragen bij zo’n uitgebreid onderzoek en het plaatsen van vleermuiskasten ongeveer 5000 euro.
Al met al lijkt het veel moeite en geld, maar Luiten benadrukt dat vleermuizen uiterst nuttig zijn voor het ecosysteem. Als mensen massaal de spouwruimtes van hun huizen gaan isoleren, beperkt dat hun leefruimte ernstig. ,,Het is beslist geen ongedierte, vleermuizen zijn liefhebbers van steekmuggen en andere hinderlijke insecten. En ze zijn kwetsbaar: ze krijgen hooguit een jong per jaar.’’
Luiten vindt het jammer dat vleermuizen soms een bedenkelijk imago hebben. In coronatijd is beweerd dat vleermuizen verantwoordelijk zijn voor het verspreiden van die ziekte, maar daar is volgens hem nooit sluitend bewijs voor gevonden.